ZyLAB Blog - Nederlands

Wat als iemand het helemaal niet eens is met een Woo-beslissing?

Geschreven door Daniel Schuuring | 3 december 2019 6:00:00 Z

In voorgaande blogs bespraken we welke fasen het Woo-proces precies kent, hoe de beslissing op een Woo-verzoek precies tot stand komt en welke weigeringsgronden mogelijk van toepassing zijn. In deze blog bespreken we wat er gebeurt als een verzoeker het niet eens is met de beslissing op het Woo-verzoek.

Als de verzoeker of een andere belanghebbende, het niet eens is met de beslissing van het bestuursorgaan in een Woo-procedure, staan er verschillende rechtsmiddelen ter beschikking.

Deze middelen vallen onder de basisbeginselen van het recht. Iedereen heeft namelijk het recht om zich uit te spreken over wat hij of zijn vindt en mag daarover procederen. Dat geldt ook voor de Woo. Hieronder lichten we de beschikbare rechtsmiddelen.

Bezwaarschriftprocedure object

Om te beginnen de bezwaarschriftprocedure. Wanneer een verzoeker of ander belanghebbende het niet eens is met de beslissing van het bestuursorgaan, kan hij of zij door middel van een bezwaarschrift, bezwaar aantekenen bij het bestuursorgaan dat het primaire besluit heeft genomen. De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken en gaat lopen vanaf de dag dat het bestreden besluit bekend is gemaakt.

In tegenstelling tot een zienswijze, heeft het maken van bezwaar betrekking op een reeds genomen besluit. Bij het indienen van een zienswijze is het uiteindelijke besluit nog niet genomen.

Er moet worden opgemerkt dat het indienen van een bezwaarschrift de werking van het besluit niet schorst.

Het bestuursorgaan besluit binnen zes weken (artikel 7:10 Awb) of – indien de commissie is ingesteld (artikel 7:13 Awb) – binnen twaalf weken. Deze beslistermijn gaat lopen vanaf de dag waarop de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift is verstreken. Het besluit dat voortvloeit uit de bezwaarschriftprocedure, wordt ook wel de ‘beslissing op bezwaar’ genoemd.

Beroepsprocedure

Indien de bezwaarmaker het niet eens is met de ‘beslissing op bezwaar’, is de volgende stap het beroep. Deze procedure vindt plaats bij de bestuursrechter van de rechtbank. Het nadeel van deze procedure is dat er proceskosten aan verbonden zijn. Dit in tegenstelling tot de kosteloze bezwaarprocedure bij het bestuursorgaan dat het primaire besluit heeft genomen.  

De beroepsprocedure wordt gestart met een beroepschrift. De termijn voor het indienen van beroep gaat lopen vanaf de dag dat de beslissing op bezwaar bekend is gemaakt.

Het laten vertegenwoordigen door een procesvertegenwoordiger is in deze procedure niet verplicht en de rechter doet zes weken na de zitting uitspraak.

Indien de rechter meer tijd nodig heeft, deelt hij dit tijdig aan partijen mee. Heeft de bestuursrechter uitspraak gedaan en zijn de partijen het hier nog steeds niet mee eens, dan staat tot slot de mogelijkheid open voor het indienen van hoger beroep.

Hoger beroep

Het hoger beroep in het bestuursrecht wijkt af van de reguliere hoger beroepsprocedures. Deze vindt namelijk niet plaats bij het Gerechtshof maar bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Het hoger beroep is tevens het laatste rechtsmiddel dat partijen kunnen instellen om de uitspraak van de rechter te betwisten. Het college van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelt uiteindelijk of de uitspraak moet worden bevestigd of vernietigd.

Voorlopige voorziening

Zoals bij de bezwaarprocedure reeds vermeld, levert een bezwaar- of beroepschrift geen schorsende werking op van het besluit of de beslissing op bezwaar. Om de werking hiervan op te schorten kan er, door iedereen in de hoofdzaak, een Voorlopige Voorziening (VoVo) worden ingesteld.

Dit is mogelijk door middel van het indienen van een verzoekschrift bij de instantie waar de bezwaar- of beroepsprocedure loopt. Als de voorzieningenrechter de voorlopige voorziening toekent, dan blijft het voorlopig oordeel van kracht tot de rechter in een vervolgprocedure definitief oordeelt.

Voor het indienen van een VoVo worden er drie strenge regels gesteld. Zo moet er:

  • aangetoond worden dat een snelle voorlopige beslissing noodzakelijk is (spoedeisendheid);
  • sprake zijn van onomkeerbare gevolgen bij de inwerkingtreding van het bestreden besluit (onomkeerbaarheid);
  • de bezwaar- of beroepsprocedure dient uiterlijk tegelijkertijd te zijn opgestart met het indienen van het VoVo-verzoek.

Hierin een beknopt overzicht van de volgorde van de rechtsmiddelen en bij welke instantie het rechtsmiddel kan worden ingesteld.

Deze blog omtrent de rechtsmiddelen in Woo-procedures, is de laatste blog met betrekking tot de inhoudelijk aspecten van de Woo-procedure. In de volgende blogs gaan wij in op de toepassing van ZyLAB ONE in Woo-procedures, zoals de zienswijze en openbaarmaking van de opgevraagde documentatie.