Vandaag gelezen in het Financieele Dagblad: “Justitie laat fraudeonderzoek vaker over aan advocaten van bedrijven zelf” en “In de ideale situatie is onderzoek van de Fiod niet eens meer nodig”.
Om de rechercheurs van de Fiod te ontlasten, wil het Openbaar Ministerie (OM) vaker gebruik gaan maken van het fraude- en corruptieonderzoek van de door verdachte bedrijven zelf ingehuurde advocaten.
Een goede ontwikkeling waarvan zowel de toezichthouder als bedrijven profiteren. Door gerichte samenwerking kan het OM zaken sneller afwikkelen. Volgens projectleider Peter van Leusden van het Anti-Corruptie Centrum van de Fiod werden fraudeonderzoeken geregeld vertraagd doordat sommige raadslieden "er altijd met het gestrekte been ingaan".
‘Rust in de tent’
Voor bedrijven biedt samenwerking kans op strafverlichting en beperking van reputatieschade. Beide niet onbelangrijk. Of het nu gaat om beschuldigingen van prijsafspraken, omkoping, belastingontwijking, witwasserij, sjoemelauto’s of privacygevoelige informatie die op straat ligt: boetes kunnen flink oplopen. Bovendien verspreiden misstappen zich via sociale media razendsnel en hoe een bedrijf in het nieuws komt, heeft serieuze impact op de financiële resultaten.
Ander groot voordeel van proactieve samenwerking voor bedrijven is "rust in de tent". Geen doorzoekingen, geen aanhoudingen, geen dwangmiddelen, snellere afwikkeling en beperking van de kosten en schade.
Samen op zoek naar de waarheid
Thomas Bosch, landelijk coördinerend officier fraude bij het Functioneel Parket maakt wel duidelijk dat het OM altijd het laatste woord heeft over vervolging en de afhandeling van fraudezaken. Toch draait het uiteindelijk om waarheidsvinding: “we willen snappen wat er is gebeurd. En vergis je niet, de directies van grote bedrijven willen dat zelf ook.”
Beide partijen zijn er dus bij gebaat snel inzicht in de zaak te hebben. En dat gaat niet zonder inzet van gedegen technologie. Diverse toezichthouders in Nederland en de Verenigde Staten gebruiken al decennialang ZyLAB’s eDiscovery oplossing om snel en nauwkeurig inzicht te krijgen in een zaak.
Ook steeds meer bedrijven beseffen dat de beperking van de tijd en kosten die met gepaard gaan met de afhandeling van onderzoeken, ligt in de beheersing van de enorme hoeveelheid data die daarmee is gemoeid.
Want of het nu gaat om anti-trust, concurrentie, fraude, omkoping, financiële, milieu-, gezondheidszorg- of exportovertredingen; een beetje serieuze case omvat al gauw 100 Gigabyte aan ongestructureerde data.
In het verzamelen, filteren, analyseren en produceren van deze data gaat ongelooflijk veel tijd zitten. En voor bedrijven die dit moeten uitbesteden aan een externe partij zoals een forensisch accountant of advocaat, ook nog eens heel veel geld. Hoe efficiënter bedrijven hun data beheren, hoe beter zij bij eventuele incidenten de controle houden, de kosten van de afhandeling kunnen beheersen en tegenwoordig dus beter kunnen samenwerken met de toezichthouder.
Een innovatieve, proactieve aanpak schijnt steeds meer te lonen. Want zoals Thomas Bosch in het artikel aangeeft: '… we zien natuurlijk het liefst dat bedrijven zelf hun rotzooi opruimen en er vervolgens ook voor zorgen dat het niet meer gebeurt. Als ze dat met overtuiging doen en meewerken aan ons onderzoek, dan wegen we dat positief mee bij de afdoening'.